Emma preparing for observations on the mudflat. Credits: Sander Zondervan.

~ For Dutch, scroll down ~

From all corners of the world

More or less by chance, more than a decade ago researchers on the uninhabited Wadden islet Griend discovered that sanderlings from all corners of the world congregate there. , "The coloured rings on the birds' legs, which can be read at a distance with the telescope, showed that sanderlings from Africa, Southern Europe, England, Iceland and Eastern Europe were all there. They do so before leaving for breeding grounds in Greenland, or after returning from them. But the reasons why they prefer the Wadden Sea, we didn't know back then.", Penning explains.

Fecal DNA

For her PhD research, Penning literally spent thousands of hours looking through the telescope at foraging sanderlings. "You can see a lot that way, but not everything. The birds peck small prey out of the sand at lightning speed, so you can't always identify their prey by name. We also often saw very clearly that they were running after jumping shrimp. Only when we looked at the dna in the birds' droppings, did we see how important shrimp are. In fall, shrimp make up as much as two-thirds of the sanderlings' diet."

Majority

Sanderlings can eat all sorts of prey, from worms and small snails, to washed-up shellfish and small crabs. "But when they get the chance, they will go for shrimp," Penning observed. "Even when the number of shrimps slowly declines at the end of the summer, we see that they still make up the majority of the diet. At the end of September, when the shrimp have moved to the deeper parts of the Wadden Sea and North Sea, the birds switch to other sources of food. That is also the moment when the birds start to show up in higher numbers on the beaches of the North Sea."

Sanderling on a mudflat caught a shrimp. Photo: Jan Veen.

The importance of an islet

The vast mudflats around the islet Griend are especially good habitat for shrimps, according to the counts by Penning and colleagues. "The entire population of sanderlings on the east coast of the Atlantic is estimated at 250 to 300 thousand birds. During the peak in early spring, there may be as many as 20 thousand birds around Griend at one time. Throughout the year, probably a quarter of the population visits the Wadden Sea at some time. For the exact numbers, we need to look more closely at the repeated observations of individually ringed birds."

Vast mudflats

Penning assumes that Griend is suitable for sanderlings because of its tranquility and the vast mudflats around the island. "Moreover, due to the warming climate, we see that the shrimps are now showing up here a week or two earlier in spring. Coincidentally, this makes it a close fit now with the travel scheme of the birds. We propose that this recent ‘match’ why this is the only population of sanderlings in the entire world that is on the rise. Sanderlings along the coasts of the Americas, Asia or Australia are not doing nearly as well."

Coincidence

The fact that sanderlings benefit from the changing climate would thus be a matter of coincidence. "We can't say that the birds have truly adapted to this change. The changing seasonal rhythm of shrimps just fits well with the birds' schedule. My research therefore shows that one should look at an entire food chain to understand changes in bird numbers. If temperatures will rise in the coming decades, it remains to be seen how sanderlings and the rest of nature in the Wadden Sea will respond."

Emma Penning releasing a tagged Sanderling. Photo: Selin Ersoy.

Succesvolle drietenen gaan voor garnaal

Tegen de trend van veel vogels in, doet de drieteenstrandloper het al jaren relatief goed in de Waddenzee. De sleutel tot dat succes zit in de timing van het belangrijkste voedsel van deze vogeltjes: de garnalen op het wad. Dat is één van de conclusies uit het proefschrift van Emma Penning, waar zij 28 november op hoopt te promoveren. “Door het veranderende klimaat komen de garnalen tegenwoordig net iets vroeger en ook in hogere aantallen naar de ondiepe delen van de Waddenzee en daar profiteren doortrekkende drieteenstrandlopers van”, zag Penning.

Uit alle windstreken

Ruim tien jaar terug ontdekten vogelonderzoekers op het onbewoonde Waddeneilandje Griend min of meer bij toeval dat daar drieteentjes uit alle windstreken samenkomen, vertelt Penning. “De gekleurde ringen aan de pootjes van de vogels, die op afstand met de telescoop af te lezen zijn, lieten zien dat hier drieteentjes uit Afrika, Zuid-Europa, Engeland, IJsland en Oost-Europa samenkomen. Dat doen ze voordat ze naar de broedgebieden in onder andere Groenland vertrekken, of nadat ze ervan teruggekeerd zijn. Maar waaróm ze hier zo graag kwamen, dat wisten we toen nog niet.”

dna in de poep

Voor haar promotieonderzoek keek Penning letterlijk duizenden uren door de telescoop naar de etende strandlopers. “Dan zie je wel veel, maar niet alles. De vogels pikken razendsnel kleine prooien uit het zand, die je dan lang niet altijd op naam kan brengen. Maar we zagen vaak ook heel duidelijk dat ze achter springende garnaaltjes aan renden. Pas toen we naar het dna in de poepjes van de vogels gingen kijken, zagen we hoe belangrijk die garnaaltjes eigenlijk zijn. In het najaar maken garnalen wel twee derde van het dieet van de drieteenstrandlopers uit.”

Hoofdmoot

Drieteenstrandlopers kunnen veel prooien pakken; van wormpjes en kleine wadslakjes, tot aangespoelde schelpdieren en kleine krabbetjes. “Maar als ze de kans krijgen, gaan ze toch echt voor garnaal”, zag Penning. “Ook als de garnalen langzaam in aantal afnemen aan het eind van de zomer, zien we dat ze nog steeds de hoofdmoot van het drieteendieet vormen. Pas eind september, wanneer de garnalen naar de diepere delen van de Waddenzee en de Noordzee zijn verhuisd, schakelen de vogels over op ander voedsel. Dat is ook vaak het moment dat de vogels ineens op de stranden van de Noordzee opduiken.”

Griend belangrijk

Vooral de wadplaten rond Griend zijn goed habitat voor garnalenliefhebbers, zo blijkt uit de tellingen van Penning en collega’s. “De hele populatie van de drieteenstrandlopers aan de oostkust van de Atlantische Oceaan bestaat naar schatting uit 250 tot 300 duizend vogels. Tijdens de piek in het vroege voorjaar kunnen er op één moment wel 20 duizend vogels rond Griend zitten. Door het jaar heen komt waarschijnlijk wel een kwart van de populatie op enig moment even buurten in de Waddenzee. Voor de precieze aantallen moeten we nog nauwkeuriger naar de ringwaarnemingen kijken.”

Uitgestrekte wadplaten

Penning vermoedt dat Griend zo geschikt is vanwege de rust en de uitgestrekte wadplaten rond het eiland. “Door het opwarmende klimaat zien we bovendien dat de garnaaltjes hier in het voorjaar tegenwoordig een week of twee eerder opduiken. Toevallig sluit dat goed aan bij het reisschema van de drietenen. Dat verklaart waarschijnlijk waarom dit de enige populatie is van de drieteenstrandlopers op de hele wereld die in de lift zit. Soortgenoten langs de kusten van Amerika, Azië of Australië doen het lang niet zo goed.”

Toeval

Dat de drieteenstrandloper profiteert van het veranderende klimaat is meer geluk dan wijsheid, denkt Penning. “We kunnen niet zeggen of de vogels zich gericht hebben aangepast aan de verandering. De veranderende timing van de garnalen sluit wel goed aan bij het huidige seizoensritme van de vogels. Mijn onderzoek laat dan ook vooral zien dat je naar een hele voedselketen moet kijken, wil je veranderingen in aantallen vogels begrijpen. Als het de komende decennia nóg warmer wordt, is het nog maar de vraag hoe de natuur in de Waddenzee daarop reageert.”