Garnalen bemonstering 2024

Four people walk across a shallow beach at sunset, their silhouettes reflected on the wet sand.

Een tijd geleden werd ik uitgenodigd om mee te gaan naar Griend voor de garnalenbemonstering, wat heb ik uitgekeken naar deze week! Mijn naam is Nienke Zwaferink en ik studeer Marine Biologie aan de Universiteit van Groningen. Voor mijn master deed ik 7 maanden lang onderzoek naar de effecten van klimaatverandering op schelpkokerwormen, een project dat verder losstaat van het veldwerk op Griend. Met dit dagboek zet ik de traditie van Evy Gobbens voort: zij verbleef zes maanden op het eiland als onderdeel van haar promotietraject en legde haar belevenissen vast. Ik doe met plezier verslag van deze bemonsteringsweek vanuit mijn beleving!

12 augustus – Op pad!

Het lijkt wel een gewone werkdag als ik maandagochtend het NIOZ binnenloop, al verraden mijn laarzen en veldbroek dat ik iets anders van plan ben. In plaats van werken aan de scriptie over mijn onderzoek naar schelpkokerwormen, loop ik richting het kantoortje van Paula. Samen laden we haar auto in met de dozen vol netten, zeven en proviand en zetten koers richting de NIOZ-haven.  Hier treffen we Farah en Timo aan, die al gereed zijn voor onze overtocht met het schip de Adriaen Coenen. Op naar Griend! We zullen een week op dit eilandje verblijven, dat in de Waddenzee vlak onder Terschelling ligt, om garnalen te bemonsteren. Voor Timo en mij is het de tweede keer dat we meegaan, maar toch gaat mijn hart weer sneller kloppen als we het eiland bijna bereikt hebben (of zou het door het rappe tempo van de speedboot komen, waarmee het laatste ondiepe stukje vanaf het schip naar het eiland wordt overbrugd?).

The house on Griend, our residence for the week.

The house on Griend, our residence for the week. (photo: Nienke Zwaferink)

Gehuld in waadpak springen we van het bootje af het water in en worden verwelkomd door Hannes en Isla, die al een tijd op het eiland hebben doorgebracht om gegevens te verzamelen voor hun onderzoek. Ze hebben de handige wadkarretjes mee het water ingebracht, zodat onze spullen droog aan land worden gezet en over het mulle zand naar het enige huisje van Griend worden vervoerd. We hebben kort de tijd om ons te installeren in het houten huis met schuine dak, voordat we aan onze klus van de week beginnen. Er is laagtij nodig om bruikbare samples te nemen en we kunnen dus vrij kort na aankomst het wad al op! Om ons geheugen op te frissen nemen we samen de methode van het bemonsteren door, want hoe zat het ook alweer? Er is onder andere door Emma Penning bedacht dat de garnalen, die vliegensvlug door het water weg kunnen schieten, het beste door een soort verrassingsaanval benaderd kunnen worden. Hiertoe is een systeem bedacht waarbij een metalen bak met een touw aan een lange stok wordt bevestigd. Deze bak wordt een einde verderop het wad op geslingerd, waardoor de garnalen erin verrast worden en geen kant meer op kunnen. Met een schep wordt de bovenste laag sediment uit de bak gehaald en wat na zeven overblijft (garnalen, maar ook slakjes, schelpjes, krabbetjes en soms wat zeewier of -gras) wordt in een potje gestopt voor latere analyse. Door deze procedure op ongeveer 150 willekeurig vastgelegde posities rond Griend te herhalen, kan er een beeld worden geschetst van waar de garnalen zich op het wad bevinden. Deze gegevens kunnen gelinkt worden aan wat bekend is over de plekken die verschillende soorten wadvogels innemen om te foerageren, om zo het voedsellandschap van de vogels in kaart te brengen. Er is bekend dat drieteenstrandlopers garnalen in hun dieet hebben, maar ook bontbekplevieren laten een garnaaltje vermoedelijk niet liggen. 

Two people in waders stand in shallow water, one holding a clipboard and the other lowering a metal sampling box on a pole into the sea.

Garnalen bemonsteren in actie. (foto: Timo Keuning)

Nadat we de vangmethode geoefend hebben, splitsen we de groep op in een tweetal en een drietal, om ons aan de hand van een GPS richting de beoogde samplelocaties te navigeren. Af en toe moeten we even stilstaan om op ons kaartje te spieken of we wel richting het juiste coördinaat lopen, maar over het algemeen ligt het tempo vrij hoog en kunnen we na de eerste dag al een flink aantal punten van ons lijstje afstrepen! Tevreden lopen we onder een lucht gevuld met avondrood in de richting van de ondergaande zon terug naar het eiland. Ik ervaar weer hetzelfde gevoel als vorig jaar, toen ik hier voor het eerst kwam en compleet overweldigd was door de rust en schoonheid van Griend. Ik vind het lastig om zoiets moois te beschrijven, maar voor mij brengt schrijver Jan Wolkers dit gevoel het beste onder woorden in zijn verslag van een bezoek aan het onbewoonde Waddeneiland Rottumerplaat: “De eenzaamheid is hier ontstellend indrukwekkend. Vooral om deze tijd van de dag als de zon ondergaat en je volkomen alleen zit op dit eiland, omringd door de zee, in het koude gelige licht dat er twee miljard jaar geleden al was en er over twee miljard jaar nog zal zijn. De totale zinloosheid waarmee dat stofje van de aarde om die laaiende vuurbol heen raast. Tot het verpulverd wordt. […] En nu gaan er ineens grote fuiken van duizenden vogels heen en weer zwermen. Alsof ze door radar bestuurd worden. Plevieren. Krimpen in tot een zwarte bol, dijen uit als een werpnet. Levende actionpainting tegen de groene lucht. Dan zijn ze ineens verdwenen. Opgeslokt door de zwarte bijna ondergelopen kleibanken. Weer de witte branding loodrecht op de kust. En de onpeilbare stilte tussen de verre geluiden van vogels.”

Griend at dusk, from the perspective of the mudflat.

Griend at dusk, from the perspective of the mudflat. (photo:Johannes Krietsch)

13 augustus- Een dag vol garnalen

De wekker gaat vroeg vandaag: het is ons doel om half 7 op het wad te staan, zodat we optimaal gebruik kunnen maken van het drooggevallen wad en geen bemonsteringspunten hoeven over te slaan doordat het inkomend tij ons parten speelt. Ieder team neemt aantal punten op zich om te bemonsteren: onze routes lopen parallel aan elkaar, maar Timo en Farah lopen zo’n 500 meter zuidelijker dan Hannes, Paula en ik. Dat gaat als de bliksem! We werken onze geplande punten af en nemen zelfs nog wat extra monsters. Het weer zit dan ook enorm mee en we werken samen als een geoliede machine. ’s Avonds, als het water weer begint te zakken, wagen we ons nog een keer buiten en strepen nog eens flink wat punten van ons lijstje af. Wat een productieve dag!

Four people walk across a reflective shoreline at sunset, silhouetted against the orange sky.

The walk back to the island after a very productive day. (photo: Johannes Krietsch)

Two researchers in waders collect a sediment core on a tidal flat, working together around a metal sampling box.

Farah en Timo doen hun monster in de zeef. (foto: Nienke Zwaferink)

14 augustus – Donder en bliksem

Gisteren gingen we nog als de bliksem, maar vandaag is de bliksem juist hetgeen wat roet in het eten strooit: we staan nog geen tien minuten op het wad als we het horen rommelen in de verte. Dat is natuurlijk absoluut geen veilige situatie, om als een antenne boven het verder spiegelgladde wad uit te steken. Onverrichter zake maken we dan ook meteen rechtsomkeert en blijven de rest van de dag in en rond het huisje, waar we ons vermaken door te kletsen, boeken te lezen en een onaangenaam klusje te klaren… Eigenlijk is het huisje op Griend van alle gemakken voorzien: er is elektriciteit (opgewekt door zonnepanelen) en stromend water (opgevangen regen), dat zelfs warm kan worden gemaakt. Het enige wat helaas ontbreekt op zo’n afgelegen plek, is de riolering. De ton die bij gebrek hieraan als toilet dient, is helaas geen bodemloze put en moet eens in de zoveel tijd leeggegooid worden. De dag dat dit moest gebeuren is vandaag aangebroken, dus graven we een diep gat tussen het helmgras. Door de drie dappersten van ons wordt de ton richting dit gat gezeuld, dat zo snel mogelijk weer dichtgemaakt wordt. Zand erover.

15th of August – The gully

The weather forecast looks a lot better today, so we can safely resume our sampling efforts! Today we even have three teams: Isla has finished her exploration experiments on red knots and has now time to join us. Yesterday evening we have come up with a specific route for each team, based on the tides, weather conditions and individual physical conditions. Blisters are of course unpreventable, when walking about 15 to 20 kilometres a day, but we are determined to persevere. We focus on coordinates for sampling on the west of the island, the side where the notorious gully is located. Allegedly, this gully, officially “het Zwin” plays an important role in shaping the island: during storms, material is trapped within it and pushed towards the island from there. This sickle-shaped depression in the mudflat embraces the island and creates an obstacle for anyone that walks from the island in a western direction. Last year, a team tried to cross the gully during low tide, but the two of them had to desert when the water reached their shoulders. The only way to reach our sampling points, is by walking around the gully in a big circle. Our attempt to circumvent the gully turned out to be successful this year, saving us from an unplanned morning swim.

 

Het is grappig om de verschillen tussen het wad aan de oost- en westkant van het eiland op te merken, al ligt het maar op ongeveer anderhalve kilometer uit elkaar. Het wad aan de oostkant is vrij makkelijk te bereiken: het is er veel vlak en uitgestrekt. Het westen is wat moelijker begaanbaar: door de geul, maar ook door stukken wad waar het water plotseling best diep kan worden. Dit merken we ook bij de bemonstering: timing en weersomstandigheden zijn veel belangrijker om zoveel mogelijk punten in het westen gedaan te krijgen. Ook in de verscheidenheid aan soorten is er een duidelijk verschil merkbaar tussen oost en west: het westen kenmerkt zich door de grote hoeveelheden wadslakjes en af en toe een polletje zeegras. Het oostelijke wad barst van de kokkels en we hebben er verschillende aanvaringen met boze krabben, die hun scharen ter verdediging opheffen.

A freshly sampled shrimp, that will be transferred to NIOZ in a sampling jar.

Een net gevangen garnaal, die in een potje naar het NIOZ gaat. (foto: Nienke Zwaferink)

16th of august – Change of plans

We start this morning on the balcony, gazing through a telescope. We keep our eyes fixed on the only bush of the island, the place where migrating birds regularly dwell. Job points out two grey flycatchers and additionally we discover two juvenile wheatears and two willow warblers.

Two juvenile wheatears in the little bush next to the house.

Twee jonge tapuiten in het struikje naast het huis. (foto: Nienke Zwaferink)

Jammer genoeg verloopt deze dag niet helemaal volgens plan: twee van de drie teams zijn door de stand van het water niet in staat om het eerste punt op hun route te bemonsteren. Doorlopen naar het volgende punt heeft geen zin: het waterpeil zal dit getij niet laag genoeg worden om ook maar enig punt af te werken, omdat de punten verder op de route nog dieper liggen. Hannes en ik hebben meer succes met het bemonsteren: we werken aan de andere kant van het eiland weer een aantal punten af en zien zelfs een hele groep zeehonden rusten op een zandplaat!

17 augustus – Voor de laatste keer het wad op

Vandaag valt het laagtij iets gunstiger uit, waardoor we hopen vandaag de punten te bemonsteren die gisteren niet mogelijk waren. Het water daalt nog steeds niet zoveel dat we de uiterste, diepste punten kunnen bereiken, maar we slagen er toch in er een aantal af te werken. Soms even moeten wachten tot het water is gezakt voor we het monster kunnen nemen, maar gelukkig hebben we door ons waterdichte waadpak zelfs de mogelijkheid om er even bij te gaan zitten (alhoewel… het is de bedoeling dat ze waterdicht zijn). Hiermee zit de garnalenbemonstering voor 2024 er alweer op! Voor de laatste keer lopen we terug richting het eiland, terwijl we ons erover verbazen hoeveel menselijke activiteit hier te zien is. Griend is dan wel een van de meest afgelegen plekken van Nederland, maar toch wemelt het in de verte van zeilbootjes en andere schepen. Af en toe vaart er een veerboot voorbij: je kant de veerdienst vanaf Harlingen naar Terschelling en Vlieland de hele overtocht volgen. ‘s Nachts kun je de lichten van alle vuurtorens zien flikkeren, met ieder hun eigen cyclus waarin licht en donker elkaar afwisselen.

Back at the house after finishing our sampling efforts for the day. Photo:

Terug bij het huis na een dagje monsters nemen. (foto: Nienke Zwaferink)

’s Avonds proosten we op het voltooien van ons veld“werk”, ook al voelt het voor mij totaal niet als werk om een week op deze mooie plek met gezellige mensen door te brengen. Vanaf het balkon zien we de prachtige, rode zon ondergaan. Ik vind het best een bijzondere ervaring om een week lang zo intens samen te leven en te werken met mensen die ik hiervoor niet of nauwelijks kende. Ik heb deze week veel biologische kennis opgedaan, door op de dode momenten met Farah, Timo en Isla door de kwelders en langs te het strand struinen. Job komt al jaren op het eiland en weet mooie verhalen te vertellen uit zijn eigen ervaring of die van anderen. Ook verlaat ik het eiland met advies over welke slaapzak het beste is om te kopen en weten we nu hoe het Argentijnse drankje maté smaakt. Vooral Isla is een gezellig kletskous en vormt een grappige combinatie met Timo. Leuk hoeveel je binnen een week van elkaar op kan steken!

A Common Blue on Hare's foot clover in the salt marsh.

Een blauwtje op een hazenpootklaver in het zoutmoeras. (foto: Nienke Zwaferink)

18 augustus – Een vrije dag

We hebben goed doorgewerkt, waardoor we morgen zelfs nog een dag over hebben voordat we op worden gehaald door de Adriaen Coenen. Dit betekent dat we nog wat tijd hebben om het eiland te verkennen. Vooral in de kwelder is het leuk om de planten- en insectensoorten te determineren: we zien verschillende vlinder- en libellesoorten en vinden top op het laatste moment nog nieuwe plantensoorten. De fladderende blauwtjes rond het veldje met hazenpoot bieden een bijna sprookjesachtig aangezicht! Dan te bedenken dat het hier in de winter heel anders is: er wordt ons verteld dat Griend dan totaal kan overstromen, waardoor de bovenste verdiepingen van het huisje de enige plek zijn waar toevlucht kan worden gezocht, zowel voor de mensen als de muizen. Ik ril al bij de gedachte aan de gure wind die dan over het eiland moet waaien en het huisje vast laat piepen en kraken.

Deze laatste dag vliegt net als alle andere dagen voorbij en voor we het weten is het half negen en staan we bepakt en bezakt klaar om opgehaald te worden. Op het schip leren Farah en Timo mij een grappig trucje om langer van de ondergaande zon te genieten: als de zon compleet onder lijkt te zijn gegaan, kan je er nog een glimp van opvangen door een gat in de lucht te springen. Het voelt een beetje komisch om als een kikkertje op en neer te springen op het dek, maar ik kan inderdaad nog een flintertje van de zon bekijken als ik op het hoogste punt van mijn sprong ben.  Schipper Wim-Jan is vriendelijk genoeg om mij eerst in Harlingen af te zetten, voordat hij de anderen naar Texel verscheept. Zo ben ik in een mum van tijd weer aan het vaste land en krijg ik bovendien de kans om de anderen vanaf de steiger uit te zwaaien. Ik blijf nog even staan kijken tot het schip niet groter is dan een speldenknopje en ik mijn medegarnalenvangers uit het oog ben verloren. Terwijl ik me omdraai om richting de trein te lopen, bedankt ik Evy Gobbens in gedachte voor de uitnodiging om mee te helpen aan deze excursie. Ook neem ik me voor om iedere kans om terug te gaan naar Griend, mocht die zich voordoen, met beide handen aan te grijpen. 

Sunset on our way back home aboard on the Adriaen Coenen.

Zonsondergang op de terugweg naar huis aan boord van de Adriaen Coenen. (foto: Nienke Zwaferink)

Waving goodbye to the shrimp crew (minus Isla and Johannes) in Harlingen.

We zwaaien de garnalencrew (behalve Isla en Johannes) gedag in Harlingen. (foto: Nienke Zwaferink)