Onderzoekers lossen het mysterie op van de krimpende kanoet
Veel diersoorten worden de laatste decennia kleiner of groter, waarbij klimaatverandering vaak als oorzaak wordt genoemd. Kanoeten, steltlopers die jaarlijks 10.000 kilometer afleggen tussen hun broedgebieden in het Arctische Rusland en hun overwinteringsgebieden in West-Afrika, worden steeds kleiner. Onderzoekers ontdekten dat dit komt omdat in de periode dat de kuikens opgroeien, niet meer het meeste voedsel beschikbaar is. Ze publiceren hun bevindingen deze week in Global Change Biology.

Door de vroege sneeuwsmelting missen rode knoopkuikens vaak hun favoriete prooi, langpootmuggen. (foto: Job ter Horn/NIOZ)
Onderzoek op de toendra
In 2018 en 2019 werkte een NIOZ-team samen met Russische onderzoekers op een locatie in noord-centraal Siberië. Vanuit een tentenkamp op de besneeuwde toendra volgden ze kanoeten, hun kuikens, en de insecten die de kuikens eten, en vergeleken de resultaten met data uit de vroege jaren ’90. Daaruit bleek dat de kuikens in recente jaren vaak langzamer groeiden dan die in begin jaren ’90.
Voedsel te vroeg voor de kuikens
De kuikens blijken vooral langpootmuggen te eten, die ongeveer een maand na het verdwijnen van de sneeuw uit de bodem komen. Door de opwarming van het klimaat smelt de sneeuw eerder, en komen deze muggen te vroeg voor de kuikens. Hierdoor missen kuikens vaker hun belangrijkste voedselbron en groeien ze langzamer.
Ook zichtbaar in veren
Tienduizend kilometer verderop, in Mauritanië, zagen onderzoekers deze veranderingen terug in de veren van jonge vogels die daar aankwamen. De samenstelling van veren die in Siberië waren gegroeid, liet zien dat kuikens in de loop van de laatste twintig jaar steeds minder langpootmuggen aten.
Klimaatverandering zorgt voor kleinere kanoeten
“Vroegere sneeuwsmelt en steeds eerder uitvliegende langpootmuggen zorgen dus voor langzamere groei van kanoetenkuikens,” zegt hoofdonderzoeker Tim Oortwijn van het NIOZ. “Dit effect blijft hun hele leven zichtbaar, en resulteert bij jonge generaties in steeds kleinere kanoeten.” Omdat de opwarming in het Noordpoolgebied vier keer sneller gaat dan gemiddeld, zullen veranderingen in lichaamsgrootte het duidelijkst zichtbaar zijn in vogels die daar broeden, concluderen Oortwijn en zijn team.
Een broedende kanoet op de Siberische toendra (foto: Job ter Horn/NIOZ)